Romeinse verdedigingswerken & heiligdommen...
- Tijdsperiode: Romeinse tijd (0 - 400 n. Chr.)
- Volk: Romeinen
- Functie castellum: verdedigen
- Functie tempel: heiligdom (vereren & offeren)
- Vorm castellum: rechthoekige omwalling of ommuring
- Vorm tempel: rechthoekig gebouw met pilaren
- Rituelen: onbekend
- Energetisch: zie het energetische model hieronder
- Bekende locaties castella: bijvoorbeeld te: * Aardenburg (Z), * Utrecht (Domplein, U), * Zwammerdam (ZH), * Valkenburg (ZH), * Voorburg (ZH), * Malden (Ge), * Nijmegen (Ge), * Maastricht (L)
- Bekende locaties tempels: zie onderaan deze pagina
Energetisch model Romeinse tempels & castella
Een geomant met een assistent, een edele bewoner van wie het land hier is, een bevelhebber van het leger en een bouwmeester komen samen op een open terrein niet al te ver van de bestaande bewoning. Het terrein ligt hier wat afgezonderd en ietsje hoger. Een rustige plek in een rustige omgeving. De geomant had reeds eerder met de betrokkenen gesproken, maar nu kwamen ze samen om de plek te bekijken en het grondpatroon uit te zetten. Eerder was de geomant hier reeds geweest en had het hier ter plaatse geschikt bevonden. Er mochten namelijk geen verstorende elementen aanwezig zijn. Nu gingen ze samen de plek bekijken en deze markeren, waarna vervolgens de bouw van de Romeinse tempel kon beginnen. Hierboven is een reconstructie te zien van deze tempel die te Kessel is opgegraven.
Een Romeinse tempel heeft de volgende energetische kenmerken.
# 1 - Er is een kruispunt van redelijk sterke leylijnen gesitueerd in het midden van de tempel. Hier kruisen minimaal vier redelijk sterke leylijnen in het midden, waarbij er vier leylijnen elkaar op een hoek van 45 graden kruisen. Dit wordt het assenkruis genoemd. Dat de leylijnen op een hoek van 45 graden met elkaar kruisen is niet natuurlijk en is verlegd door de geomant.
# 2 - In de nabijheid loopt een andere sterke leylijn waarvan energie wordt afgetapt. Deze energie wordt gebruikt om de twee aangelegde assenvierkanten die om het leycentrum liggen te voeden met energie. De assenvierkanten vervoeren die energie tegen de klok in om het leycentrum. Het geheel werkt als een tweetrapsraket. Een leylijn die door het leycentrum stroomt wordt met de kruising van het buitenste assenvierkant ± verdubbeld/versterkt in kracht en bij de kruising van het binnenste assenvierkant wordt die lijn nog eens ± verdubbeld/versterkt in kracht. Vervolgens volgt er een leycentrum waar vier zeer krachtige lijnen samenkomen en veel energie aanvoeren naar het leycentrum. Daarna volgt het omgekeerde proces en wordt de hoeveelheid energie door het assenvierkant verminderd. Meestal liepen de lijnen van de assenvierkanten door de muur of fundamenten van de tempel.
Hier rechts een plattegrondje van een Romeinse tempel, met in het grijs de fundamenten en in het zwart de energiebanen.
# 3 - In het sterke leycentrum ligt er een opgaande spiraal (tegen de klok naar binnen) die de energie van de vier sterke extra krachtige leylijnen verzamelt en concentreert in het middelpunt. Deze spiraal is aangepast zodat de energie steeds geconcentreerd in het centrum blijft. Vervolgens gaat de energie omhoog en wordt die door een naar buiten gaande spiraal verspreid door het gebouw. Dit maakt de tempel levend.
In het midden van de Romeinse tempel stonden enkele stenen altaren, alwaar men kwam om te vereren en te offeren om de goden gunstig te stemmen. "De Romeinse staat was zeer verdraagzaam tegenover vreemde godsdiensten. De Romeinen herkenden in de goden van de andere volkeren dezelfde machten en krachten die aan hun eigen godenwereld werden toegerekend. Vreemd was dat niet, want een groot aantal Romeinse goden waren overgenomen uit de Griekse en Etruskische wereld. Alleen de namen waren veranderd. Zo werd de Griekse oppergod Zeus in het Romeinse Rijk Jupiter genoemd." (Bron: Archeologie in de Lage Landen) Van onder de duinen te Domburg kwamen in 1647 na een hevige storm resten van een Romeinse tempel tevoorschijn die aan de godin Nehalennia was gewijd. Onder de vondsten waren stenen altaren die door kooplieden aan de godin opgedragen waren uit dankbaarheid voor een behouden overtocht. Uit de Oosterschelde nabij Colijnsplaat zijn er ook altaren opgevist die aan Nehalennia gewijd waren. De godin is een Keltische of Germaanse godheid (vrouw Holle/Hella/Neeltje Jans) geweest die door de Romeinen in Zeeland is overgenomen.
Een Romeinse tempel is niet te vergelijken met de christelijke kerken. De tempel zelf werd beschouwd als de woning van de vereerde god of godin en mocht alleen door priesters worden betreden. Vaak lag er om de tempel een tempelhof. Dit was een terrein om de tempel, omgeven door een muur of houten palissade, waar de gelovigen mochten komen en gebruikt werd als ontmoetingsplaats voor mensen en goden. Godsdienstplechtigheden die in aanwezigheid van de gelovigen plaatsvonden werden uitgevoerd door priesters op het tempelhof. Op andere tijden konden individuele gelovigen het tempelhof betreden om de goden te vereren.
In de Lage Landen zijn er vooral Gallo-Romeinse tempels gebouwd, dit zijn Romeinse tempels waarin Gallische elementen zijn verwerkt. De centrale ruimte waar een of meerdere beelden van goden stonden, de cella, stak als een toren boven de overdekte zuilengalerij (de omgang) uit. Het tempelgebouw stond op een verhoging met aan de voorzijde een trap. De herkomst van deze bouwstijl zou z'n herkomst hebben in het oude Griekenland, bijvoorbeeld tempels zoals de Akropolis van Athene. Ook deze tempels werden met exact dezelfde energetische kenmerken gebouwd als de Romeinse tempels.
De Romeinen bouwden hun tempels op verschillende plaatsen: bij nederzettingen, in steden en binnen castella (forten/legerkampen). In het landschap werden nederzettingen gesticht en bouwden mensen met geld hun residentie. In de nabijheid werd er vaak een tempel gebouwd. De ideale Romeinse stad was aangelegd volgens een rechthoekig hokjespatroon, waarin de blokken van huizen correspondeerden met de hokjes. In het midden van de stad was er een kruispunt van de twee hoofdwegen en het marktplein of forum (markthal). Verder was er ook een tempel. Het castellum was kleiner van formaat en had ook twee hoofdwegen en een heiligdom. Behalve in het castellum zelf was er ook een heiligdom in de nederzetting die vaak tegen het castellum aan lag.
Een castellum of een stad van de Romeinen heeft de volgende energetische kenmerken.
# 1 - In het midden van de stad of het castellum, waar de twee hoofdwegen kruisen, ligt er een leycentrum. Dit leycentrum werd uitgekozen en gebruikt voor vestiging en verdediging.
# 2 - De twee hoofdwegen van de stad of het castellum waren aangelegd op leylijnen.
# 3 - Een leylijn verbindt het leycentrum in het midden met het heiligdom.
Een voorbeeld van het grondplan van een castellum.
Vanaf ongeveer 15 voor Chr. tot aan ongeveer 400 na Chr. waren de zuidelijke Nederlanden onder heerschappij van Romeins bestuur. De Romeinen verkregen de macht over het gebied van Rijn tot Rome. De grenzen van dit nieuwe rijk moesten worden bewaakt en bouwden daarom legerkampen/forten langs de hele rijksgrens, castella en castra genoemd. Een castellum is een fort voor hulptroepen (meestal 500 man) en een castrum is een legerplaats voor een of twee legioenen (5500 of 11000 man). Van Katwijk aan zee tot in Duitsland werden er vele forten en wachtposten aangelegd langs de Rijn om de grenzen (limes) van het Romeinse Rijk te bewaken. Maar ook langs de kust werden er forten gebouwd voor de kustbewaking.
Romeinse castella voor de kustbewaking zijn er geweest te Oudenburg, Maldegem, Aardenburg en vermoedelijk ook te Walcheren, Goedereede en Oostvoorne. Het castellum te Aardenburg zou de opvolger zijn van die van Maldegem. In Aardenburg zijn er opgravingen geweest en is een deel van de omwalling van het castellum zichtbaar gemaakt en een ander deel is nog vaag in het landschap te zien door het hoogteverschil. Langs de hele rivier de Rijn zijn er meer dan 30 castella gebouwd van de kust tot in Duitsland. In Valkenburg (ZH), te Zwammerdam en op de Hunerberg te Nijmegen kan men nog aan de funderingen of in de straatstenen zien hoe het er ongeveer heeft uitgezien.
Websites met castella langs de limes van de Rijn in Nederland:
Bij opgravingen zijn er ook restanten gevonden van Romeinse tempels en die kunnen ook nu nog met de wichelroede teruggevonden worden. Romeinse tempels zijn er geweest te:
· Aardenburg: nu een grasveldje binnen het castellum.
· Domburg: door duinafslag komen in 1646 restanten van een tempel bloot te liggen.
· Colijnsplaat: vissers vissen stenen altaren op van een Nehalennia-tempel.
Zie voor Zeeland o.a. het boekje: 'De Romeinen in Zeeland' door J.A. Trimpe Burger
Zie voor Zeeland o.a. het boekje: 'Versterckt Zeeland' door P. Stockman en P. Everaers
· Utrecht: de plek en vorm van de Romeinse tempel is aangegeven in de straatstenen van het Domplein, hier heeft er ook een castellum gelegen.
· Elst: hier hebben twee tempels gestaan na elkaar en de fundamenten zijn nog terug te zien half onder/naast de kerk.
· Elst-Westeraam: bij opgravingen zijn er restanten van een tempel gevonden.
Zie boek: 'In de schaduw van het noorderlicht, De Gallo-Romeinse tempel van Elst-Westeraam'
· Nijmegen: bij opgravingen op het Maasplein zijn er bij elkaar twee tempels gevonden.
Zie boek: 'Het Kops Plateau, Prehistorische grafheuvels en een Romeinse legerplaats in Nijmegen' (ROB)
· Kessel: bij bagger werkzaamheden werden de restanten van een tempel gevonden.
· Empel: tegenwoordig is er een akker, maar er zijn plannen voor bebouwing.
Zie boek: 'De tempel van Empel' door Nico Roymans / Ton Derks (red.)
· Cuyk: drie tempels opgegraven nabij een castellum.
· Maastricht: onder de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek heeft de tempel gelegen met het tempelhof tot onder hotel Derlon, binnen de muren van de stad.
· Tongeren: een tempel opgegraven in de oude stad.
Te Colijnsplaat is er in de afgelopen jaren een Romeinse tempel nagebouwd die in 2005 gereed gekomen is, de website hiervan is: www.nehalennia-tempel.nl
Andere boeken over de Romeinen zijn onder andere:
'De Romeinen in Nederland' door W.A. van Es
'De Romeinse castella te Valkenburg ZH' door W. Glasbergen
'Deae Nehalenniae, gids bij de tentoonstelling Nehalennia, de Zeeuwsche Godin, Zeeland in de Romeinse tijd, Romeinse monumenten uit de Oosterschelde'
Daarnaast over de Kelten in zuidelijk Nederland en België:
' De Oude Belgen; Geschiedenis, leefgewoontes, mythe en werkelijkheid van de Keltische stammen' door Ugo Janssens
|